In deze rubriek van SamenSluis laten we telkens iemand anders aan het woord en die persoon bepaalt aan wie de pen wordt doorgegeven. Frits Baars heeft de pen doorgegeven aan Carlos de Smit, decaan aan het Zwincollege.
"Een decaan met passie: voor zijn werk en voor jongeren. Het bleek een logische stap van priester naar decaan, want je wilt toch een boodschap verkondigen en dat doet hij."
Iets meer over Carlos
Carlos de Smit is geboren in Schoondijke in een gezin met 13 kinderen. Hij ging in Oostburg naar het vwo, wat toen nog scholengemeenschap Sint Eloy heette. Zijn vader was metselaar en het was in die tijd niet vanzelfsprekend om door te leren. Inmiddels is hij 64 jaar en stopt hij volgend jaar met werken als decaan havo/vwo en docent maatschappijleer.

1. Wat wilde je als kind graag worden?
Heel vroeger wilde hij priester worden. Maar dat liep anders: je gaat dames leren kennen en dat leek hem daarom niet zo'n goed idee. Ook politieagent was nog een optie, totdat hij in het jongerenwerk terechtkwam.
Na de middelbare school ging hij Kultureel Werk op de Sociale academie in Breda studeren. Tijdens zijn studie liep hij stage bij jongerenwerk in Tilburg. Daarmee is hij het jongerenwerk ingerold en dat beviel goed. Carlos: "Jongeren durven nog te dromen, de hele wereld ligt nog voor ze open, en dat maakt het jongerenwerk zo mooi."
Hij heeft in Breda gewoond en een paar maanden in Amsterdam, totdat hij inviel bij zijn vakantiewerk bij de VVV in Cadzand. Maar hij merkte dat daar zijn passie niet lag. Wel was hij blij weer terug te zijn in de streek. De korte lijnen en 'ons kent ons' vond hij prettig.
Via coördinator van een werklozenproject is hij langzaam richting jongerenwerk gegaan. Hij werkte op een jeugdsozen en deed kinderclubwerk. Na een tijdje vroeg hij zich af of hij dit zijn hele leven wilde blijven doen en het antwoord was nee.
Daarom is hij 's avonds gaan studeren in Tilburg: tweede en eerste graads bevoegdheid in maatschappijleer. Dat kon allemaal dankzij zijn vrouw, met wie hij al heel lang samen is. Dankzij haar steun heeft hij kunnen studeren.
Na deze studie startte hij op het Groen College in Goes, waar hij maatschappijleer gaf. Na zeven jaar Goes werd hij decaan en docent maatschappijleer op het Zwin College.
Nu komt hij toch weer dicht bij hetgeen hij als kind wilde worden. Als priester wilde hij een boodschap verkondigen. Als decaan doet hij dat nu ook. Sommige kinderen weten al heel jong wat ze willen worden, maar anderen hebben daar steun bij nodig. Je kunt ze daarin begeleiden, ze dingen laten zien, mogelijkheden laten aanboren. Hij moet ze leren dat ze er iets voor moeten doen om te weten te komen waar hun interesses liggen. Er zijn leerlingen in havo 5 die nog geen enkele open dag van een vervolgopleiding hebben bezocht.
Er wordt tegenwoordig vaak gezegd dat de jeugd zo moeilijk is. Carlos: "De jeugd van nu is makkelijker dan vroeger. Vroeger moest je nog ergens voor strijden. Ik had bijvoorbeeld geen eigen kamer thuis."
De kinderen van nu hebben heel veel: een computer, tv, eigen kamer. Ouders staan altijd klaar voor hun kinderen. De kinderen hebben een baantje en hebben geld. Ze hoeven nergens voor te strijden. Vroeger had je hele heftige discussies over rechten en plichten. Dat boeit ze niet meer. De ideële strijd is er niet meer. Kinderen uit andere landen hebben vaak nog ambitie. Veel Nederlandse kinderen hebben geen ambitie meer. Alles is al geregeld.
Carlos: "We zijn te consumptief geworden. Fatbikes, elektrische fietsen, mobiele telefoons. We hebben de kinderen lui en verwend gemaakt." Als je vroeger op school straf kreeg, dan kreeg je er thuis nog een standje bij. Tegenwoordig komen de ouders verhaal halen waarom hun kind straf heeft gekregen. Carlos: "Dat is niet goed voor de ontwikkeling van het kind. De school en de ouders moeten één lijn trekken."
In de ogen van Carlos hoeft het onderwijs niet altijd leuk te zijn, want het leven is ook niet altijd leuk. Je komt op school om dingen te leren. Het onderwijs dwaalt daar nog wel eens van af.
Hij vindt ook dat het onderwijs te veel op meisjes is gericht. Onderwijs gaat tegenwoordig veel over planningen maken en die uitvoeren, en daar zijn meisjes goed in. Er staan ook veel te weinig mannen voor de klas.
Daarnaast, veel jongens die in havo 3 of 4 zitten, staan gewoon een jaar stil. Ze veranderen in een jaar van een jongen van 1,50 meter naar een man van 1,80 meter. Al je energie gaat daarheen. Dan is er geen ruimte voor school. Ze groeien hormonaal en geestelijk dan heel hard. Daar is toch te weinig aandacht voor.
2. Wat is de leukste ontmoeting die je ooit had?
Carlos: "De ontmoeting met de oud-leerlingen, die soms onherkenbaar de school binnenstappen. Ze dragen nu een colbertje en kunnen hun ding doen. De verbazing hoe iemand is gegroeid, dat is zo mooi om te zien. Soms ging een leerling in juni op zomervakantie en dan herkende je ze in september niet meer. Zo snel kunnen ze groeien."
De oud-leerlingen komen ook terug naar school om voorlichting te geven aan de kinderen die hun keuze nog moeten maken. In het tweede of derde jaar van de hbo of universiteit komen ze terug en vertellen ze over hun school aan de huidige leerlingen op havo/vwo. Die persoonlijke ervaring van oud-leerlingen is erg waardevol voor de leerlingen om hun keuze te maken.
3. Wat zijn volgens jou de belangrijkste ontwikkelingen in jouw buurt?
De opening naar Vlaanderen is voor scholieren onvoldoende. Een paar jaar geleden bij een praktische opdracht zijn leerlingen geïnterviewd uit Maldegem en uit Oostburg. De kinderen uit Maldegem gingen nagenoeg allemaal studeren in Gent of Brugge en na hun studie komen ze allemaal terug naar Maldegem en werken in Gent of Brugge.
De leerlingen uit Oostburg gaan naar de Randstad om te studeren en komen vaak niet terug. Carlos: "Daar moet iets aan gedaan worden."
Ook moet er iets gedaan worden aan het cultuurverschil. In België zijn de opleidingen meer op kennis gericht en minder op vaardigheden, en heel hiërarchisch. Nederlandse kinderen vinden dat achterlijk, die gaan dus niet in België studeren en blijven daarom niet in de streek.
Carlos: "Als je jongeren wilt behouden voor de streek, geef ze dan als gemeente een studiebeurs als ze in Vlaanderen gaan studeren en die ze niet hoeven terug te betalen als ze in Vlaanderen blijven."
Veel jonge collega's met veel energie, veelal oud-leerlingen, werken nu ook op het Zwin College. Die gaan het nieuwe onderwijs maken.
4. Wat kan jou inspireren om een actieve bijdrage aan jouw buurt te leveren?
Carlos: "Ik zei altijd dat ik na mijn pensionering nooit vrijwilligerswerk zou gaan doen, maar nu ik volgend jaar wil stoppen, heb ik dat heroverwogen, want anders gebeuren er geen dingen en verdwijnen voorzieningen."
Hij is voorzitter van de Reünistenvereniging van het Zwin College geworden. Dit jaar was er een grote reünie met 175 oud-leerlingen.
Vorige week had Carlos overleg met drie oud-leerlingen die in 2015 zijn afgestudeerd en ook een reünie willen hebben. Dus dat gaat hij doen: groepen oud-leerlingen weer bij elkaar brengen. Dan kan hij meteen ook in beeld brengen dat het hier zo slecht nog niet is.
Als decaan vindt hij het ook belangrijk om ze mee te geven dat er hier ook veel mogelijkheden zijn.
Mensen bij elkaar brengen is mooi om te doen. Om te ervaren hoe een ander tegen het leven aankijkt, zodat je wijzer van elkaar kunt worden. Naast dat vrijwilligerswerk fietst hij graag, bijvoorbeeld in de Vlaamse Ardennen en hij leest heel graag, maar als decaan en leraar komt het daar niet van, omdat je 24 uur aanstaat. Hij leest het liefst fictie, omdat je dan wordt meegenomen in het leven van een personage die van alles meemaakt.

5. Wat is je motto, lijfspreuk of tegeltjeswijsheid?
De jeugd heeft de toekomst.
Maar het komt niet als een warm broodje vanzelf naar je toe. Je moet er iets voor doen. Dat geeft hij zijn leerlingen altijd mee.
Aan wie wil je de pen doorgeven?
Aan Aron van Westen. Een jong volwassene in de streek en begaan met het leven en de toekomst van Zeeuws-Vlaanderen. Aron was 10 jaar geleden een leerling van Carlos. Hij werkt bij de gemeente Terneuzen. Hij is ook actief in de voetbalvereniging van Sluis.